Bruggen

Zaanstad telt ruim 600 bruggen. Dat zijn er nogal wat! Hoe werkt dat allemaal en wie doet de bediening?  Dat en meer leest u hier.

De gemeente Zaanstad bedient veertien bruggen op afstand. Er zijn steeds minimaal twee brugwachters aan het werk op het Havenkantoor. Die bedienen ieder een deel van de bruggen. Ze bedienen nooit meer dan één brug tegelijk. Iedere brugopening heeft alle aandacht van minstens één brugwachter. Camerabeelden zorgen ervoor dat ze goed zicht hebben op de bruggen en het verkeer. Twee bruggen (de Wilhelminabrug en de Beatrixbrug in Zaandam) en de Wilhelminasluis worden vanuit de sluishuisjes bediend.

Slagbomen met een volgorde

Op sommige bruggen gaan de slagbomen voor het autoverkeer eerder dicht dan de slagbomen voor het fietsverkeer, bijvoorbeeld op de Den Uylbrug en de Bernhardbrug. De slagbomen gaan in een bepaalde volgorde naar beneden: eerst de aanrijbomen voor het autoverkeer, dan de afrijbomen voor het autoverkeer en dan de slagbomen voor het fietsverkeer en voetgangers. Zo heeft de brugwachter alle aandacht voor alle weggebruikers bij het sluiten van de slagbomen. Slagbomen moeten voorkomen dat er nieuwe weggebruikers over de brug gaan. Het kan zijn dat er dan nog weggebruikers op het brugdek zijn. De brugwachter laat deze eerst rustig de brug af gaan en controleert of het wegdek vrij is voordat hij de brug opent.

Ambulance en brandweer

De meldkamer van de Veiligheidsregio heeft een directe verbinding met de Centrale Post van de brugbediening. De meldkamer geeft via een lichtkrant een melding naar de brugwachters dat bijvoorbeeld de Alexanderbrug of de Coenbrug gesloten moet blijven omdat een ambulance of brandweer in aantocht is. Meestal krijgen zij die melding een paar minuten van te voren. Nadat de ambulance of brandweer de brug is gepasseerd, wordt dat ook weer gemeld. Zo zorgen we ervoor dat de hulpdiensten hun werk kunnen doen. Het kan voorkomen dat de brug net opengaat op het moment dat de melding binnenkomt. Het is dan niet altijd mogelijk de brug weer te sluiten. De brugwachter neemt dan direct contact op met de meldkamer, zodat de meldkamer hierover contact kan zoeken met de ambulance of brandweer om een alternatieve route te rijden.

Bijzondere situaties

Als er sprake is van een storing, calamiteiten, een onveilige situatie, maar ook bij hevige storm (afhankelijk van de windrichting ) wordt een brug niet bediend.

Tijden dat bruggen niet bedient worden

1 april – 31 oktober

  • Maandag – vrijdag tussen 22.00 uur en 6.00 uur geen bediening
  • Zaterdag tussen 20.00 uur en 9.00 uur geen bediening.
  • Zondag tussen 19.00 uur en 6.00 uur geen bediening.

1 november – 31 maart

  • Zaterdag tussen 17.00 uur en 9.00 uur geen bediening.
  • Zondag tussen 12:00 uur en 06:00 uur geen bediening.
  • Feestdagen: 1e en 2e Kerstdag en 1 januari gesloten.

Wordt de brug meteen geopend?

Het kan gebeuren dat u even moet wachten omdat de brugwachter op dat moment een andere brug bedient. Ze mogen geen twee bruggen tegelijk bedienen.

 

Heeft u vragen? Of wilt u iets kwijt over bruggen of de goed-dat-je-wacht-campagne? Stuur dan een e-mail naar roodstoplicht@zaanstad.nl. We reageren zo snel mogelijk. Goed dat u wacht!

Bezoekadres Havenkantoor Westkade 2 1506 BA Zaandam. Openingstijden Maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 uur en 12.00 uur en tussen 13.00 uur en 16.00 uur.

Postadres Postbus 2000 1500 GA Zaandam

Telefoonnummer 14 075 (op werkdagen tussen 8.30 uur en 17.00 uur)

Telefoonnummer bij spoedgevallen Buiten kantooruren en in het weekend kunt u voor spoedgevallen bellen met de Wachtdienst Havendienst Zaanstad via het telefoonnummer (075) 6701701.

Als de brugwachters incidenten of overtredingen waarnemen, dan worden deze geregistreerd in een systeem. Deze gegevens worden onder andere gebruikt voor:

  • aanpassing van bedienprocessen
  • informatieverstrekking
  • trainingsdoeleinden.

Dat gebeurt via de marifoon of via een aanmeldknop als die bij een brug aanwezig is. Bij de Julianabrug en de Coenbrug verloopt de communicatie via een intercom (voor recreatievaartuigen). De schipper geeft via de marifoon de naam van de betreffende brug door (bijvoorbeeld ‘Zaanbrug’) en de brugwachter beantwoordt dan ook met de naam van de betreffende brug. De brugwachter geeft vervolgens aan of en wanneer de brug geopend kan worden. Om te voorkomen dat er veel wordt gesproken op de marifoonkanalen, beperkt de brugwachter zich tot het hoognodige contact. Dit is altijd kort en bondig, om overbelasting te voorkomen en de frequentie weer vrij te maken van het marifoonkanaal. Als een aanmeldknop wordt gebruikt, krijgt de brugwachter daar automatisch bericht van. De brugwachter opent dan de brug zodra dat mogelijk is.